Dromen is niet voor slaapkoppen

Ik ben een dromer, naar hartenlust; dat is beslist mijn grootste deugd. Al mijn ‘successen’ van de afgelopen, zeg 15 jaar, inclusief droomvrouw, droomhuis en droombaan, zijn aan het navolgen van dromen te danken.

Ik ben geen dromer, want dromen is niet voor slaapkoppen. Het vertalen en integreren van dromen is een bezield proces dat de wakkere wereld verbindt met de subliminale dimensies van het individuele en collectieve leven.

In te staan voor je eigen dromen betekent ontwaken uit de chronische sluimerstand waarin het gros van de moderne mensheid zich bevindt. Het grote verschil tussen ontwaken en sluimeren kenmerkt zich door de ligging van het dromenland; het toneel van al het mysterieuze en wonderbaarlijke.

De sluimermens ziet deze wonderwereld hoofdzakelijk als iets buiten zichzelf. Films, boeken, media, buren en religie onthullen de uitzonderlijke gebeurtenissen. Zonder een gerenommeerde bron zouden deze berichten hem uiterst ongeloofwaardig voorkomen.
De wakkere dromer, daarentegen, realiseert zich dat de oorsprong van verwondering evengoed in de individuele mens zelf ligt. Dit inzicht geeft het leven een nieuwe dimensie met twee belangrijke winstpunten. Enerzijds groeit het vermogen om zich vanuit eigen ervaring te verwonderen. Daarnaast ontluikt dit het potentieel om zelf wonderen te verrichten. Hoe werkt dat?

Om te beginnen, de dagdroom verschilt in essentie niet veel van de dromen die ons gedurende de slaap invallen. Ze ontspruiten beide aan het onbewuste, dat deel van ons ‘denken’ waarvan we, zoals de term al verraadt, ons niet bewust zijn. In de nachtdroom borrelt deze informatie ongefilterd en gecodeerd op. Hierdoor kan het in eerste instantie als onsamenhangend en absurd voorkomen. De sleutel tot het begrijpen van deze droominhoud ligt in het doorgronden van de symbolische beeldtaal die de droom spreekt. Enige studie is aan te raden, al is het ‘vertalen’ van dromen is bovenal een intuïtief proces dat zich kenmerkt door objectieve analyse en persoonlijke associaties.

De dagdroom uit zich in voor ons beter bekende denkbeelden. Hoofdzakelijk door impulsen en ideeën die buiten ons ‘normale’ denken en handelen aan het licht komen; out of the box, onbegrensd door patronen en overtuigingen  die het gecultiveerde bewuste denken overheersen. Het overschrijden van de afgebakende norm stuit echter dikwijls op zowel innerlijk als uiterlijke weerstand. Met als gevolg dat, net als de nachtdroom, deze ideeën als irreële hersenspinsels van tafel worden geveegd.

Wat de droom in wezen aandraagt is een compensatie van een te eenzijdige houding tegenover een bepaalde kwestie. Dat kan variëren tussen een op zichzelf staande situatie tot meer algemene existentiële thema’s. Het stuurt aan op het in balans brengen van de bewuste levenshouding en het grotendeels onbewuste potentieel. Wanneer deze op elkaar zijn afgestemd beginnen wonderen zich te voltrekken.

De kern ligt in het geloof dat in jezelf ongekende wijsheid en talent schuil gaat, met de drang zich te manifesteren. Heb vertrouwen, ook al weet je niet precies waarin. En luister naar innerlijke stem (je intuïtie, hart, gelukzaligheid), ook al begrijp je er niets van. Het ontsluimeren begint met mentale ruimte te scheppen, je niet te verzadigen met zinloze informatie en de intentie te hebben je innerlijke zelf te ontdekken. En doe iets met  Dromen is niet voor slaapkoppen. Droom je ’s nachts niet? Leg een schrift en potlood naast je bed en blijf na het ontwaken even liggen. Overdag ongeïnspireerd? Maak een wandeling in de natuur, zit in stilte en je weet wat je te doen staat.

Word wakker en blijf dromen!