Het boek ‘Eindeloos bewustzijn’ van Pim van Lommel leidde mij terug naar filosofische vraagstukken, waar ik me al lange tijd niet mee bezig gehouden had. Terug naar de vraag, wat bewustzijn eigenlijk inhoudt, en hoe je bewustzijn zich verhoudt tot de werkelijkheid die je om je heen waarneemt.
Ieder kind stelt zich ergens in zijn ontwikkeling de vraag: “Waar zijn de mensen die ik niet in mijn directe omgeving waarneem?”.
De film “The Truman Show” van Peter Weir (1998) speelt hier op aardige wijze mee: de hele belevingswereld van de hoofdpersoon van de film blijkt gefingeerd, een TV-set, en de mensen om hem heen zijn acteurs. Zelf heb ik op zeker moment bedacht, dat de werkelijkheid zoals ik die waarneem in elk geval in zichzelf consistent is. In mijn leven ben ik onderworpen aan wetmatigheden, die een samenhang vertonen, die niet te doorbreken is. Je kunt bij voorbeeld niet het ene moment wel door een muur heen lopen en het volgende niet. Het is theoretisch denkbaar, dat je misschien wel door andere objecten heen kunt lopen, maar niet binnen deze werkelijkheid. Dat maakt in elk geval de dagelijkse werkelijkheid wel overzichtelijker.
Het is wel denkbaar, dat er andere werkelijkheden zijn, waarbinnen dit wel kan. Dit idee van parallelle werkelijkheden is ook niet nieuw, en ook daar zijn ook verschillende SF-verhalen op gebaseerd. Wanneer je dus iets wilt doen, wat niet binnen de bestaande werkelijkheid past, dan moet je deze werkelijkheid verlaten. En dat is ook weer zo radicaal.
Ons waarnemend bewustzijn
Van Lommel stelt de vraag aan de orde, of ons waarnemen, ons bewustzijn, onverbrekelijk verbonden is met de materie die we zijn, of niet. Dit is een vraag naar spiritualiteit. Zijn boek heeft me aan het twijfelen gebracht, en een nieuwe impuls gegeven om deze vraag uit te diepen.
Die twijfel heeft twee oorzaken. De ene is de wetenschappelijke basis waarmee hij probeert te herleiden, dat materie en geest niet onlosmakelijk verbonden zijn, en de geest ook zonder de materie kan voortbestaan. Of die basis gedegen is, durf ik niet met zekerheid te zeggen. Mijn nieuwsgierigheid is echter wel gewekt. De andere benadering die hij volgt is echter, dat hij wijst op het feit dat zolang de mensheid bestaat hetzelfde soort ervaringen herhaald wordt, door alle tijden en culturen heen. In het telkens terugkerend relaas van die ervaringen zit een vast patroon. En dat patroon is zo hardnekkig, dat je in feite alleen al daarom de waarheid van die vertelde ervaringen niet meer kunt ontkennen. De vraag is echter, wat nu precies de kern van waarheid is. Want er zit natuurlijk ook ‘mumbo jumbo’ bij, en daar hebben we niets aan, dat vertroebelt de zaak alleen maar. Dit brengt mij op een spirituele zoektocht, een onderzoek naar de vraag of materie en geest wel of niet één zijn. En daarmee deels ook een onderzoek naar de aard van bewustzijn en waarneming, omdat onderzoek naar het wezen van de menselijke geest een onderzoek is naar de aard van het bewustzijn.
Ik ben dus (tegelijkertijd) aan het lezen in tal van boeken. Een handboekje over “Existentiële fenomenologie” een boek “Descartes in 90 minuten”, twee boeken van de Dalai Lama, boeken van Jan Willem van de Wetering over zijn ervaringen met het Zen-boeddhisme, twee boeken over Seneca enzovoort.
Van die zoektocht zal ik op deze website verslag doen (als ik de tijd kan vinden). En als ik de tijd kan vinden deze website interactiever te maken, dan zal ik ook graag meer mensen aan het woord laten om met mij (en anderen) hierover te filosoferen. [MdV 5 november 2008]